Vraag bij Caribisch Instituut Psychologie over oorbelverbod jongens

25-08-2025

Een moeder legde bij het CIP de vraag neer waarom meisjes wel oorbellen mogen dragen op school en jongens niet, wijzend op de psychologische impact, veranderde normen en het gelijkheidsbeginsel in artikel 3 van de Staatsregeling van Curaçao. Deze vraag sluit aan bij de huidige felle discussie over afrohaar en de "bijbelse" kapsels op Sint Maarten, waar eveneens de spanning tussen schoolregels en gelijkheidsbeginsel centraal staat.

"Wat begint bij twee kleine knopjes in de oren, raakt uiteindelijk aan de vraag hoe we kinderen leren over gelijkheid en zelfacceptatie."

Mijn zoon is tien. Hij koos zelf zijn oorbellen uit, twee kleine knopjes, één in elk oor. Trots stond hij voor de spiegel. "Mooi hè, mama?!" Voor hem is het niet meer dan een stukje zelfexpressie, net zoals de meisjes in zijn klas hun oorbellen dragen. 

Op school kreeg hij echter een andere boodschap: oorbellen zijn voor meisjes. Jongens mogen dat niet. "Zo staat het in de regels," zei de juf. En: "Uw zoon zou de eerste zijn." 

Thuis keek hij me vragend aan: "Maar mama, waarom mogen meisjes het wél?" Een simpele vraag, die veel dieper gaat dan een oorbel. 

De psychologische impact 

Kinderen rond hun tiende levensjaar bevinden zich in de fase waarin ze hun competentie en eigenwaarde opbouwen. Ontwikkelingspsycholoog Erik Erikson beschreef dit al als de periode van vlijt versus minderwaardigheid: kinderen leren meedoen en ervaren trots wanneer ze worden bevestigd en schaamte wanneer ze worden afgewezen.¹ 

Toen mijn zoon zelfs mee moest naar het kantoor van het schoolhoofd en ik werd opgebeld om hem "tot de orde te roepen", voelde dit voor hem als een straf. Psychologisch weten we dat kinderen zo'n ervaring vaak internaliseren: ze voelen zich niet schuldig om hun gedrag, maar om wie ze zijn.² Daar komt bij dat de boodschap van de school, "oorbellen horen bij meisjes", oude genderstereotypen bevestigt. 

Onderzoek laat zien dat kinderen die voortdurend druk ervaren om zich aan zulke normen te conformeren, vaker stress en een lager zelfbeeld ontwikkelen.³ En hoe sterker scholen de scheidslijn tussen jongens en meisjes benadrukken, hoe meer kinderen stereotypes overnemen en minder tolerant worden.⁴ Het gevolg? Het risico dat mijn zoon zich terugtrekt, zich minder laat zien óf juist rebels wordt. Beide reacties zijn nadelig, en helemaal niet nodig, want we hebben het hier over twee kleine knopjes, geen gedragsprobleem. 

De juridische werkelijkheid 

Scholen mogen regels stellen, maar nooit in strijd met de hoogste wet. En de Staatsregeling van Curaçao is heel duidelijk. Artikel 3 bepaalt: "Allen die zich in Curaçao bevinden, worden in gelijke gevallen gelijk behandeld. Discriminatie … wegens geslacht of op welke grond dan ook, is niet toegestaan."⁵ 

In 2011 behandelde het Gemeenschappelijk Hof van Justitie een zaak waarin jongens bezwaar maakten tegen een verbod op lang haar en oorbellen. Het Hof gaf de school toen gelijk, omdat zij ook een opvoedkundige taak heeft en leerlingen mocht voorbereiden op wat in die tijd als "betamelijk" gold. Oorbellen bij jongens golden toen nog als ongepast. Maar dit oordeel was dus sterk afhankelijk van de tijdgeest.⁶ 

Wat is anno 2025 betamelijk? 

Wat toen als ongepast gold, is inmiddels volledig normaal geworden. In 2025 dragen jongens en mannen, van voetballers tot artiesten en vaders, oorbellen zonder dat iemand daar nog van opkijkt. Twee kleine knopjes in de oren zijn net zo normaal als een armband of horloge. 

Een goed vergelijk is te maken met tatoeages. Twintig jaar geleden werden zichtbare tattoos vaak als onfatsoenlijk of rebels gezien; je kon er volgens velen geen serieuze baan mee krijgen. Nu zien we tatoeages bij verpleegkundigen, leraren, managers en politieagenten – zonder dat dit afbreuk doet aan hun professionaliteit of fatsoen. Het hoort gewoon bij de hedendaagse norm. 

"Betamelijk" betekent anno 2025 dus niet meer: past dit bij jongens of meisjes? Maar: is een leerling verzorgd, veilig en respectvol aanwezig op school? Binnen dat kader vallen kleine oorbellen bij jongens gewoon, net als bij meisjes. 

Bovendien heeft de Hoge Raad in 2024, in de zaak over het huwelijksrecht voor paren van gelijk geslacht op Curaçao en Aruba, bevestigd dat het discriminatieverbod in artikel 3 zwaar weegt. Onderscheid op grond van geslacht of identiteit is alleen toegestaan met een zeer sterke, objectieve en noodzakelijke rechtvaardiging. Traditie of morele opvattingen zijn daarvoor simpelweg niet genoeg.⁷ 

Waarom oorbellen nu wél zouden moeten mogen 

Alles bij elkaar betekent dit dat een verbod op oorbellen voor jongens anno 2025 niet meer houdbaar is. 

• De maatschappelijke context is veranderd: oorbellen bij jongens zijn normaal geworden, net als tattoos. 

• Psychologisch onderzoek laat zien dat ongelijke regels schadelijk zijn voor identiteitsontwikkeling en zelfvertrouwen.

 • Juridisch is het discriminatieverbod zwaarder gaan wegen: alleen objectieve noodzaak kan een verschil rechtvaardigen, en die ontbreekt volledig. 

Niemand pleit voor chaos in de klas. Natuurlijk mogen scholen afspraken maken over uiterlijk, zolang die neutraal en eerlijk zijn. Een eenvoudige oplossing zou zijn: "Oorbellen zijn toegestaan voor alle leerlingen, mits klein en veilig tijdens schoolactiviteiten." Zo is er duidelijkheid, veiligheid én gelijkheid. Want uiteindelijk gaat dit niet om twee kleine knopjes in de oren van een jongen. Het gaat erom welk signaal we kinderen meegeven: mag jij er zijn zoals je bent, of niet? 

Mijn zoon verwoordde het beter dan ik ooit zou kunnen: "Ik wil gewoon dezelfde regels als de rest." 

Voetnoten 

1. Erikson, E. H. (1963). Childhood and Society. New York: W. W. Norton & Company. 

2. Hoffman, M. L. (2000). Empathy and Moral Development: Implications for Caring and Justice. Cambridge University Press. 

3. Egan, S. K., & Perry, D. G. (2001). Gender identity: A multidimensional analysis with implications for psychosocial adjustment. Developmental Psychology, 37(4), 451–463. 

4. Bigler, R. S., & Liben, L. S. (2006). A developmental intergroup theory of social stereotypes and prejudice. Advances in Child Development and Behavior, 34, 39–89. 

5. Staatsregeling van Curaçao, art. 3. 

6. Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba. (2011). Arrest inzake schoolregels haar en oorbellen. 

7. Hoge Raad der Nederlanden. (12 juli 2024). Arrest inzake openstelling huwelijk Aruba en Curaçao.